Eigenlijk is het een desembrood met bier, maar bierbrood klinkt beter 😉 Onlangs begon ik een desemstarter te maken volgens het principe van Xandra bakt. Start desem met 50 ml water en 50 gram roggemeel. Hou dat vier dagen vol en op de vijfde dag kun je gaan bakken. Bak je niet, dan voedt je je starter of zet ‘m in de koelkast en voedt ‘m 1 keer per week.

Tot mijn verbazing is m’n starter gelukt! Normaal gesproken worden het schimmelcultuurtjes, maar dit keer doet de desemstarter het prachtig. Goede Vrijdag deden we boodschappen in Santpoort en haalde ik een rijs-mandje. Ronde hadden ze niet meer, maar wat maakt dat uit. Op dag zes had ik een recept gevonden dat ik wilde maken. Lastig hoor, met rijzen en hoeveel uur en wanneer dan weer kneden.

Ik deed het volgende:
– 2e paasdag ’s middags het deeg gemaakt en tot een uur of 21.00 laten rijzen op kamertemperatuur. Daarna opnieuw doorkneed, het rijs-mandje voorbereid (natspuiten en meel er in), en het deeg met een plastic zak er om in het rijs-mandje laten rollen, mandje met spul en al in de koelkast.
– Vanochtend haalde ik het spul uit de koelkast en liet het nogmaals zo’n 5 uur op kamertemperatuur rijzen. Daarna in de oven op 180 graden, zo’n 55 minuten.

Het brood is prima gerezen, ziet er geweldig uit. De smaak is ietwat zurig, maar niet te erg. Ik ben er eigenlijk best wel trots op! Binnenkort eens een recept maken met de desemstarter en gist, kijken hoe die combinatie uitpakt.